In de naam van Allah, de Barmhartige de Genadevolle
Imam Ali (a) was na een middagdutje opgestaan en vroeg Fatima Al-Zahra (a) om wat eten. Fatima Al-Zahra (a) zei: “We hebben al dagen geen eten in huis, wat jij in die laatste dagen at, was mijn deel en die van de kinderen (Hassan (a) en Hussein (a))”.
Imam Ali (a) werd boos en vroeg Fatima Al-Zahra (a), waarom ze het niet eerder had verteld? Fatima Al-Zahra (a) zei: “Ik schaamde me om jou iets te vragen wat jou in verlegenheid zou brengen”.
Fatima Al-Zahra (a) wist namelijk dat Imam Ali (a) geen geld had om eten te kopen. Verdrietig verliet Imam Ali (a) het huis, daarna leende hij een dinar van een jood om eten te kopen.
Onderweg kwam Imam Ali (a), Machdad een van de volgelingen van Profeet Mohammed (s) tegen, hij keek erg verdrietig en somber. Imam Ali (a) vroeg: “Wat is er, Machdad?” Machdad zei: “Mijn kinderen lijden al dagen honger en ik heb geen geld om voor ze eten te kopen. Ik kon de situatie thuis niet meer aanzien, daarom ben ik weggegaan”. Imam Ali (a) kreeg tranen in zijn ogen en zei: “Ik ben ook voor dezelfde reden als jij het huis uitgegaan. Ik heb één dinar geleend om eten te kopen, maar ik zie dat jouw situatie erger is dan die van mij. Neem deze dinar en koop eten voor je kinderen.”
Daarna ging Imam Ali (a) verdrietig naar de moskee, deed het middag gebed en bleef ook tot na de avond gebed in de moskee, uit schaamte om met lege handen naar huis te gaan. Na het avondgebed kwam Profeet Mohammed (s) naar Imam Ali (a) en zei: “Wil je een gast voor vanavond?” Imam Ali (a) keek omlaag en durfde niet te antwoorden.
Profeet Mohammed (s) vroeg het nog een keer: “Wil je een gast voor vanavond?” Imam Ali (a) zei verlegen: “Het is uw eigen huis, u bent altijd welkom.” Zo gingen Imam Ali (a) en de Profeet (s) richting het huis. Toen ze het huis binnen kwamen, rook Imam Ali (a) etensgeur en zag diverse soorten heerlijk voedsel op tafel. Imam Ali (a) keek verbaasd naar Fatima Al-Zahra (a).
De Profeet (s) zag de verbazing in de ogen van Imam Ali (a) en zei: “Ali, dit is de beloning die Gabriel de engel van God naar jullie heeft gestuurd, voor die één dinar die je hebt weggeven aan Machdad”.
© Copyright Ahlalbait Jongeren