Roddelen

In de naam van Allah, de Barmhartige de Genadevolle

Er was eens een man die beweerde dat hij een vriend was van onze vierde imam, imam Zainul Abideen (a). De man ging naar de Imam (a) toe en vertelde hem dat er iemand was die verschrikkelijke dingen over de imam (a) heeft gezegd.

Imam Zainul Abideen (a) antwoordde en zei dat hij niets had gehoord en ook niets zou hebben gehoord als deze man het hem niet had verteld. Imam Zainul Abideen (a) ging verder en zei dat de persoon die deze verschrikkelijke dingen over hem had gezegd gelijkstond aan een geschoten pijl die zijn doel heeft gemist. Maar de man die hem verteld heeft dat de ander over hem heeft geroddeld is, voor hem geldt dat het is alsof hij de gevallen pijl heeft opgeraapt en het doel er toch mee heeft geraakt. Allah (swt) houdt niet van de gewoonte om schandalen en roddels te verspreiden, ook al zijn deze waar.

In de tijd van de profeet Musa (a), was er eens een strenge droogte. Maandenlang had het niet geregend. De mensen baden en baden, maar er kwam geen regen. Toen de profeet Musa (a) naar de berg Sinai ging om daar te bidden, openbaarde Allah hem dat er iemand onder zijn mensen was die schandalen verspreidde en roddelde en dat wegens deze persoon Allah (swt) het een periode niet heeft laten regenen. De profeet Musa vroeg Allah (swt) wie deze persoon was, zodat hij hem zou kunnen vertellen wat hij heeft gedaan. Allah (swt) antwoordde dat profeet Musa (a) Hem nu vraagt iets te doen wat Allah (swt) anderen heeft verboden te doen. (d.w.z over anderen praten).

Moraal van het verhaal: Praat niet over andere mensen (roddelen) wanneer zij er niet zijn, zelfs als datgene wat je zegt de waarheid is.

© copyright Ahlalbait Jongeren

Scroll naar boven