Uit het leven van Imam Al-Sajjad (a)

In de naam van Allah, de Barmhartige de Genadevolle

Imam al Sajaad (a) is de 4de Imam van de 12 Imams en de vader van Imam Al Baqir (a). Over de rol van Imam al Sajaad (a) in Karbala zal ik aan het eind van mijn lezing op in gaan.

Imam al Sajaad (a) heeft gezegd dat imam Ali (a) zei; ‘wie zijn gebeden niet verricht, beschouwt Allah deze persoon als een ongelovige (kafur) en zal nooit de hemel bereiken’. Niet vergeten dat het gebed de pilaar is van de Islam. En diegene die zijn gebeden niet op tijd bid, zal geen vergiffenis van Ahlalbait (a) op de dag des Oordeels krijgen. Bedenk hoe belangrijk op tijd bidden is. De vijf verplichte gebeden zijn verplicht, en als je deze niet verricht dan word je als een ongelovige beschouwd. Daar staan we nooit bij stil. Dus begin z.s.m. met bidden. Het is nooit laat om vergeving van Allah te vragen en je tot hem te richten.

In een overlevering kwam een man naar imam Ali (a) en zei: “O Imam, ik sta altijd 5 uur in de ochtend op om naar mijn werk te gaan, dus ik moet al om 10 of 9 uur slapen wat betekent dat ik helaas het nachtgebed niet kan verrichten”. Imam Ali (a) zei: “Moge Allah (swt) je steunen tijdens je werk, want werken is ook een aanbidding. Echter het nachtgebed is ook belangrijk en als je niet in staat bent om in het midden van de nacht op te staan, dan bid je het voordat je gaat slapen”. Kijk hoe makkelijk Allah (swt) het voor ons heeft gemaakt. Het nachtgebed kan je zo verkorten dat het alleen maar 4 min duurt. Dus je hebt eigenlijk helemaal geen reden om het niet te verrichten.

Imam Al Sajaad (a) was de aanbidder. Een keer liep hij rond op straat in het midden van de nacht om geld aan de armen te geven en hoorde een man huilend Allah (swt) smeken. Imam Al Sajaad (a) stopte voor zijn deur en luisterde. De Imam kreeg tranen in zijn ogen en plotseling kwam een man naast hem en vroeg de Imam, ‘O Imam waarom staat u voor de deur van deze oude man te huilen’. De Imam zei, ‘luister naar dat huilende stem, dat huilende stem zal op de dag des Oordeels glimlachen tot Allah en hij zal naast mij en mijn familie zitten. Imam Ali (a) zei; ‘één traan tijdens het nacht gebed verdooft een kilometer van vuur. Dit laat zien hoe belangrijk het nachtgebed is. Ook in een andere overlevering zei Imam al Sajaad (a) dat het nachtgebed de sleutel is van alle deuren. De deuren van geluk en vreugde.

Imam al Sajaad (a) is de zoon van Imam Al Hussain (a) en is het broertje van Ali Al Akbar (a); hij was 5 jaren jonger dan Ali al Akbar (akbar = ouder/groot). Zijn moeder heette Shahzenaan ibn Zurb en was van Perzische afkomst. Imam al Hussain (a.s) was de eerste in zijn tijd die niet met iemand van zijn eigen nationaliteit trouwde. Dit was taboe. Mensen die Farisi waren werden als minderwaardig beschouwd, en Imam al Hussain (a.s) was de eerste die met een Farisi ging trouwen. Dit om te laten zijn dat het heel normaal is. De Profeet Mohammed (v.z.m.h.) zei in een overlevering; ‘wie een andere nationaliteit weigert om deze reden of denkt dat hij een andere nationaliteit gaat weigeren om mee te kunnen trouwen zal tot zijn dood als ontwetend worden beschouwd door Allah (swt). En zoals we soms merken zijn er genoeg mensen die geen belang hechten aan het geloof (Imaan) en de persoon om zijn nationalist weigeren. Wat gaan die mensen later tegen Allah zeggen? Dus eigenlijk zijn we nu nooit van één bloedverwanten als je naar je naar generaties terug binnen je familie kijkt. Dat kan nooit.

De moeder van Imam al Sajaad (a) was de dochter van een koning. Nadat de koning stierf, werden zij en haar twee zusjes uit het kasteel gezet en als slavinnen verkocht, wat in die tijd nog gebeurde. Imam al Hussain (a) kocht hen en trouwde Shahzenaan. De twee zusjes trouwden met vrienden van Imam al Hussain (a). Een paar dagen na de geboorte van Imam al Sajaad (a.s.) stierf Shahzenaan. Imam al Sajaad (a) werd door een andere vrouw opgevoed. Imam al Sajaad (a) staat bekend om zijn smeekgebeden. Het woord “Sajaad” betekent aanbidder of letterlijk knielen, dus tot Allah knielen in het Arabisch. Dat heeft de volgende reden. Imam Al Sajaad (a) kwam in een openlijke wereld. Dus huwelijken met gemengde nationaliteiten, verre handel, ver reizen, gemengde politiek, vertalen van andere talen zoals farisi en Arabisch en het veranderen van beroepen. Door al deze veranderingen werd men meer materieel. Men streeft meer naar geld, reizen en het uiterlijk werd als basis beschouwd en dat wilde de Imam natuurlijk niet. Hij streed deze mensen met smeekgebeden en het geven van wijze lessen. Hij gaf aan mensen lessen hoe ze met hun geld om moeten gaan en hoe ze toch fijn kunnen leven met de tevredenheid van Allah. Bijna iedereen van jullie kent “al Sahefa al Sajadye”; dat is een boekje met allemaal smeekgebeden van Imam al Sajaad (a). Je hebt daar verschillende smeekgebeden die je lessen geven. Smeekbeden die je aan het hiernamaals laat denken. Zijn tijdsperk zat vol haat en hij heeft alle maatschappelijke problemen opgelost. Een groot probleem is dat men niet meer van Allah vreest. Wanneer jij niet van Allah bang bent, dan heb jij een probleem. En dan weet je dat je heel erg fout zit.

Hoe stonden de Imams tegenover de slavenhandel uit die tijd? Alle Imams (a) hadden nooit een slaaf, maar ze noemden hen bedienden en die groeiden gewoon als één van hen in een huis. Daarom kocht Imam al Sajaad (a) altijd de slaven, gaf lessen en geld aan hen en liet hen vervolgens vrij. Dus het woord slaaf bestaat bij de Imams niet echt, want iedereen hoort vrijheid te hebben. Hij ging altijd in de middennacht met een zak geld langs de armen en behoeftigen en gaf hen geld en voedsel. Ook hij had een verlamde buurman waar hij de zorg voor droeg. Zijn buurman was christelijk, en dit bewijst dat het niet uitmaakt wat voor buren je hebt als het gaat om goed gedrag vertonen. Imam Ali (a.s) zegt wie slaapt met een volle buik en zijn of haar buren zijn hongerig, dan zullen de engelen hem tot dat hij wakker is vervloeken.

Imam Al Sajaad (a) beschreef altijd hoe de hel is. Want de dood en de hel maken mensen bang en wanneer men bang is richt men zich tot Allah (a). De volgende gebeurtenis heeft Imam al Sajaad (a) aan de mensen verteld: Engel Jebreel (a) liet de hel aan de Profeet (s) zien. De Profeet zag vrouwen die de kop van varkens hebben en een lichaam van een ezel. De Profeet (s) vroeg aan Jebreel (a) wie die vrouwen zijn en waarom ze er zo uitzien?. Jebreel (a.s) zei dat dit de vrouwen zijn die make-up zetten buitenshuis en die strak dragen, die hun schoonheid aan de mensen buiten laten zien, zelfs het te veel van sieraderen dragen wordt als een sier beschouwd en dat is verboden. De Profeet (s) zag ook een vrouw die bloedige vlees van zichzelf eet. Hij vroeg aan Jebreel (a) wie zijn die vrouwen dan? Jebreel (a) zei dat dit de vrouwen zijn die roddelen en liegen.

Veel mensen denken dat roddelen alleen betekent dat je over iemand praat zonder dat hij dat hoort. Maar dat is helemaal niet zo. Ook het voordragen van een ware gebeurtenis die sommigen zwart maakt wordt als een roddel beschouwd. Ook als je het met je eigen ogen gezien hebt en je vertelt het door, dan is dat een roddel. De Profeet (s) zegt dat roddelen zwaarder weegt dan iemand vermoorden. Dus wanneer je iemand dood maakt is dat minder zwaar dan roddelen. Ook het meeluisteren is een groot zonde. Je moet juist over je zusters en broeders opkomen en hen bedekken, “siter”. Dat is een Arabisch woord dat bedekken betekent. Allah (swt) houdt van mensen die hun broeder en zuster bedekken van de zondes. Roddels kunnen zo groot zijn dat ze mensen van elkaar scheiden.

Op een dag was imam Al Sajaad (a) in de markt waar hij een huilende man trof. Hij vroeg aan die man waarom hij huilde. De man zei omdat mijn vrouw niet de juiste Hijaab (hoofddoek) wilt dragen. Imam al Sajaad (a) nam die man mee en ging naar de vrouw en hij vertelde haar waarom Hijaab verplicht is en wat met de vrouwen gebeurd die geen juiste Hijaab dragen. De plekken die niet of niet goed bedekt zijn zullen in de hel verbrand worden, het maakt niet uit hoe gelovig deze vrouw is. Wanneer een vrouw geen of niet de juiste hijaab draagt betekent dat ze Allah niet vreest. In de Koran staat: “O mensen wie Allah niet vreest, maak niet uit welke reden, hun plek zal de hel zijn”.

We kunnen zoveel van deze feilloze Imam (a) leren. Tijdens de lessen die hij gaf zag hij een man die een harde, ruwe hand heeft. De Imam (a) vroeg hoe dat komt en de man zei: “ik ben een boer en ik werk veel in aarde” De Imam (a) kuste zijn hand en zei tegen een andere, deze man is jullie voorbeeld. Wie hard voor zijn geld werkt is beter dat 1000 aanbevelende gebeden. Eén halal cent is meer waard dan tonnen goud voor Allah (swt).

© Copyright Ahlalbait Jongeren

Scroll naar boven